Het kabinet van VVD en PvdA maakt 330 miljoen euro vrij om ambtenaren volgend jaar te compenseren voor de stijging van de pensioenpremie. Dat heeft de ministerraad vrijdag besloten, zei minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën na afloop.
Ambtenarenpensioenfonds ABP maakte donderdag bekend dat het de pensioenpremie volgend jaar structureel verhoogt omdat het fonds er niet goed voor staat. Door de maatregel van het kabinet kunnen de salarissen toch nog stijgen, aldus de bewindsman.
“Als je er geen extra geld bijlegt gaat dat ten koste van de loonsverhoging”, aldus de minister. “Dat zou betekenen dat leraren, soldaten, politiemensen allemaal geen loonsverhoging zouden krijgen. Dat vinden wij voor deze tijd slecht te verantwoorden. Mensen hebben lang op de nul-lijn gezeten. Dat willen we niet meer.”
Het geld moet worden ingepast in de Voorjaarsnota, zei premier Mark Rutte. Door de premieverhoging dreigde volgens hem een bezuiniging bij politie en onderwijs. Dat is nu voorkomen. Verder blijft er door de stap loonruimte in andere overheidssectoren, aldus Rutte.
De premie van het ABP is nu nog 18,8 procent en dat wordt volgend jaar 21,1 procent van het loon waarover pensioen wordt gespaard. Verder heeft het fonds met 2,8 miljoen deelnemers ook besloten dat de pensioenen komende vijf jaar niet of nauwelijks kunnen meegroeien met de gemiddelde prijsontwikkeling (indexatie).